Data-onderzoek naar weersinvloeden op wmo-vervoer

Bij een efficiënte rittenplanning is iedereen gebaat: reiziger, vervoerder en opdrachtgever. Vaak wordt aangenomen dat een planning niet gehaald is omdat het regende, sneeuwde of glad was. Tijd om eens nader naar weersinvloeden te kijken. Worden er meer ritten gereden als het heel hard regent? Duren ritten langer bij sneeuw? Suzan Govaert voerde voor ons een data-onderzoek uit.

Suzan studeert aan de Jheronimus Academy of Data Science en volgt een master Datascience & Entrepreneurship. “Ik leer hoe bedrijven data kunnen inzetten. Het is een heel praktische universitaire master. Je wordt echt klaargestoomd voor de praktijk.”

Bij Forseti zoeken we continu naar manieren die de efficiency en kwaliteit te verhogen. We geloven dat in het doelgroepenvervoer data beter gebruikt kunnen worden, vandaar dat we via het MKB Datalab met Suzan in contact zijn gekomen. Zij bekeek welke kansen er voor Forseti zijn om data beter in te zetten.

Inventarisatie

“Aan de hand van diverse gesprekken met medewerkers van Forseti heb ik een lijst gemaakt met verschillende mogelijkheden voor data- onderzoeken,” legt Suzan uit. “We hebben besloten om als eerste aan de slag te gaan met een onderzoek naar weersinvloeden en wmo-vervoer.”

“Tijdens een data-onderzoek doorloop ik een heel proces. Dat gaat van het opschonen van de data tot het koppelen van beide bronnen. Zo had ik in dit geval te maken met data van een vervoerscentrale en data van het KNMI. De gegevens van het KNMI werden per uur geregistreerd, terwijl de data van de vervoerscentrale per minuut vastgelegd zijn. Het is mijn taak om die goed op elkaar te laten aansluiten zodat ik ze kan vergelijken.”

Conclusies en aanbevelingen

Een van de conclusies is dat slecht weer een dalende invloed heeft op de vraag naar Wmo-vervoer in het weekend. Dat is hele waardevolle informatie voor ons en onze opdrachtgevers. Het betekent dat de regiecentrale of een vervoerder misschien wel met een voertuig minder af kan als er een regenachtig weekend voorspeld wordt. Doordeweeks heeft regen veel minder invloed, zoals dat wel duidelijk het geval is bij het openbaar vervoer. Een mogelijke oorzaak is dat wmo’ers minder alternatieve reisopties hebben.

Andere conclusies uit het onderzoek van Suzan:

• Op werkdagen neemt de vraag bij temperaturen onder 0 sterk toe en boven de 20 een beetje af.
• Met name in het weekend neemt de vraag toe met ijsvorming, terwijl ritten bij ijsvorming in het weekend iets sneller zijn. In de data komt ijsvorming met name voor rond 10 uur ‘s ochtends en 9 uur ‘s avonds.
• Zonder sneeuwval ligt de vraag iets lager en met sneeuwval ligt de vraag hoger en zijn ritten iets langzamer.

We zien deze conclusies als resultaten van een eerste vingeroefening. Het is een analyse van een beperkte dataset. Maar het geeft ons een eerste beeld van welke impact de invloed van het weer heeft op wmo-vervoer en hoe we dit beter zouden kunnen meten. Om stevige conclusies te trekken zouden we dezelfde oefening op een grotere dataset moeten loslaten.

Suzan heeft ons een aantal aanbevelingen gedaan die ons gaan helpen om onze data nog beter in te zetten. Dit soort inzichten worden in de toekomst steeds meer onderdeel van onze dienstverlening.

Wil je meer weten? Neem dan gerust contact op!