Besparen op Jeugdhulpvervoer: 3 Adviezen

Gemeenten zijn inmiddels ruim 8 jaar verantwoordelijk voor Jeugdzorg. Daar valt ook het vervoer onder. Veel gemeenten worstelen met de vraag hoe je dat efficiënt kunt uitvoeren. Ook na 8 jaar nog. Hoe kan dat? En belangrijker: hoe los je dat op?

Er is steeds meer jeugdhulp nodig. Bijna 36 duizend jongeren kregen jeugdhulp in het eerste halfjaar van 2022. Gevolg: ook de vraag naar jeugdhulpvervoer wordt groter. Hoe zorg je dat die kosten binnen de perken blijven?

Een belangrijk aspect is efficiency. Als je zorgt dat het vervoer efficiënt geregeld is, kan dat een hoop kosten schelen. Maar de jeugdconsulenten die doorgaans het jeugdvervoer regelen, hebben daar weinig zicht op. En dat is logisch, zij hebben wel wat beters te doen. 

Jeugdconsulenten bij de gemeenten hebben een breed pakket aan taken. Zij worden betrokken als er gezinsproblemen spelen en zorgen voor de juiste hulp. Vervoer is maar een heel klein onderdeel van hun werk. Voor hen is het belangrijkste dat een kind veilig gehaald en gebracht wordt naar bijvoorbeeld een behandellocatie of een opvanglocatie. 

Efficiënt regelen van vervoer, en daarmee kosten besparen, heeft geen prioriteit. Dat is niet vreemd, maar de afdelingen jeugd mogen zich best bewust zijn van de kosten die gepaard gaan met vervoer.

Relatief duur vervoer

Het vervoer vanuit de Jeugdwet kent complexe schema’s, het gaat vaak buiten schooltijden (en soms zelfs buiten schooldagen) om waardoor er heel veel losse ritten gereden worden. Dat maakt het relatief duur vervoer. Vanuit het leerlingenvervoer zijn wij gewend te kijken welke ritten samengevoegd kunnen worden. Daar werken scholen en vervoerders aan mee. Vanuit de Jeugdwet is daar nog veel winst te behalen. 

We zien gelukkig steeds vaker dat jeugdvervoer in één opdracht gegoten wordt samen met leerlingen- en soms ook Wmo-vervoer.

3 adviezen om kosten te besparen

Hoe kun je als gemeente besparen op kosten in jeugdvervoer? We zetten drie adviezen op een rij:

1. Maak in je gemeente één persoon verantwoordelijk voor vervoer. Vervoer is nu vaak onderdeel van Wmo en van Jeugd. Neem het vervoer bij die mensen weg zodat zij zich kunnen richten op hun specialisatie.
   Doordat de verantwoordelijkheid bij één persoon ligt, is er beter overzicht. En meer inzage in verschillende vervoersstromen, indicaties, etc. Zo kan diegene ook meer grip houden op kosten.
2. Laat het vervoer bij de opdrachtnemer, de vervoerder. Met het huidige tekort aan chauffeurs zijn taxibedrijven en andere vervoerders gedwongen om zo efficiënt mogelijk te plannen.
3. Controleer. Controle op de contracten van vervoerders blijft uiteraard belangrijk. Komen zij de gemaakte afspraken na? Krijg je wat je hebt ingekocht?

Is uitbesteden echt zo duur?

We merken dat er bij gemeenten vaak een drempel is om advies in te winnen op het gebied van doelgroepenvervoer. Of om de stap te maken om de uitvoering van het vervoer uit te besteden. Die drempel heeft vaak te maken met de hoge kosten. Maar klopt dat wel? Is uitbesteden echt zo duur?

In eerste instantie misschien wel, maar een gespecialiseerd bedrijf beschikt over de juiste tools en kennis van zaken om zo efficiënt mogelijk te werken.

Zo is het Mobiliteitsbureau van Forseti voor vijftien gemeenten het aanspreekpunt op het gebied van leerlingenvervoer. Zij regelen het vervoer van duizenden leerlingen. Dat doen ze zo efficiënt mogelijk én ze kijken waar kansen liggen om kosten te besparen, bijvoorbeeld door het combineren van ritten.

We hebben efficiënte tools voor bijvoorbeeld controletaken. Daarmee ronden we een taak af in een fractie van de tijd die anders iemand handmatig moet doen. Iemand die gespecialiseerd is in hele andere dingen. In jeugdhulp bijvoorbeeld.