Vacatures
menu

Niet in de stress schieten!

19 augustus 2019
Wytze Schouten
senior adviseur doelgroepenvervoer

Waarom WMO-consulenten een OV-ambassadeur klaar moeten hebben staan

Een vrouw van rond de 75 jaar. Laten we haar Letty noemen. Ze is laag of middelbaar opgeleid. Haar man was degene die altijd auto reed. En hij is onlangs overleden. Nu zit Letty alleen thuis en merkt ze dat het lastig is om haar sociale leven te onderhouden zonder vervoer.

Letty is de reden dat we als samenleving moeten inzetten op OV-ambassadeurs: mensen die klaar staan om ouderen en gehandicapten wegwijs te maken in het OV. Mensen die een paar keer met Letty mee reizen, net zo lang tot ze denkt “Ik kan het nu zelf.” Zonder zulke vrijwilligers stromen namelijk nodeloos veel Letty’s het WMO-vervoer in.

Waar die conclusie vandaan komt? Van de medewerkers van de wijkteams, tijdens een training voor WMO-consulenten die ik afgelopen juni in West-Brabant mocht geven. Dit met dank aan de Regio West-Brabant en een subsidieregeling van de provincie.

Een stapel pasjes onder de balie

Letty’s situatie is de meest voorkomende hulpvraag aan het WMO-loket: mensen zoals zij komen vaak aankloppen bij het wijkteam met de vraag “Ik wil graag zo’n pasje voor de taxi.” Dat bleek op de trainingen, waar een twintigtal WMO-consulenten en medewerkers van de front-office aan deelnam.

En wat doe je dan met zo’n hulpvraag? Daar verschilden de meningen over. “Je probeert iemand toch te sturen richting OV” zegt de ene consulent, die aan de frontoffice werkt en zelf geen indicaties verstrekt, “maar ja, mensen komen al binnen met de verwachting dat wij een stapel pasjes in een la hebben liggen.”

“En vaak zitten hun kinderen erachter” vult een andere deelnemer aan. “Die hebben al bedacht dat ons mam een WMO-pas moet hebben. Dan gaan mensen die kant op redeneren. Voor ons is het lastig om daar dan nog met een verhaal over chipkaarten en bushaltes tussen te komen.”

“Nee hoor” zegt een consulent uit een andere gemeente, die zelf de keukentafelgesprekken voert en voorzieningen mag toekennen, “deze Letty klinkt alsof ze geestelijk nog goed is. Ze kan leren om met bus en trein te reizen. Ik wijs af.”

Wat zou jij doen, als je bij het wijkteam werkte?

Niet in de stress schieten

De training OV voor WMO-consulenten is bedoeld om wijkcoaches en hun collega’s bij te spijkeren in het openbaar vervoer. Want als je zelf niet weet hoe een OV-chipkaart werkt of hoe je een reisadvies moet opvragen, dan kun je bijna niet anders dan de WMO-pas toekennen. Als je het zelf een keer gedaan hebt, sta je steviger in je advies.

En de meeste deelnemers reisden inderdaad zelden of nooit met het OV: dat hadden ze bij de intake eerlijk ingevuld. Dus trok ik alle stoppen uit om hen te vertellen over inchecken, opladen, buurtbussen, lage instap, Google Street View en toegankelijke haltes. Om maar te laten zien dat je een inwoner echt niet mishandelt als je zegt “Volgens mij kunt u best met het OV”.

Maar in het middagdeel van de training, waarin we zelf in kleine groepjes een geplande rit met bus en trein gingen maken, sloeg de stemming om. Het reizen was een hoop gepuzzel, af en toe heel snel beslissingen nemen… en er werden aansluitingen gemist. “Dit is voor een typische aanvrager echt ingewikkeld” was de conclusie. De halte vinden. De bus in de juiste richting nemen. Je rollator parkeren en een stoel zoeken, voordat de chauffeur weer gaat rijden. Niet in de stress schieten.

Aan het eind van de training keken we terug op wat de deelnemers hadden geleerd. Toen werden ze weer wat milder. “Ik denk dat veel inwoners best kunnen wennen aan reizen met OV” zei een deelnemer, met instemming van de anderen. “Maar we moeten ze wel over een drempel heen helpen. Iemand moet de eerste paar keer meereizen. Zo iemand moeten wij liefst al klaar hebben staan op het moment dat Letty haar WMO-pas komt aanvragen.”

Van twee walletjes

Bij het toekennen van de OV-pas (of niet) zie je beter dan waar ook de spanning tussen de twee hoofddoelen van de WMO: participatie en zelfstandigheid. Want om te participeren helpt het als Letty overal met de taxi naartoe kan. Maar voor haar zelfstandigheid is het beter als ze leert om met bus en trein te reizen. Dat laatste scheelt de samenleving meteen ook een hoop belastinggeld.

Vanuit Letty’s perspectief is het vooral aantrekkelijk om OV en WMO-vervoer te combineren. De bus of de trein nemen als dat snel en simpel is, zonder overstap en zonder lange loopafstanden. De WMO-pas heb je achter de hand voor alle andere situaties. Van twee walletjes eten, zodat je altijd passend vervoer hebt.

Dat blijkt ook precies te zijn hoe een groot deel van de WMO-pashouders het aanpakt, volgens recent onderzoek van het Kennisinstituut Mobiliteit (KiM): 39% reist minimaal eenmaal per jaar met bus tram metro. En 26% van de pashouders fietst zelf nog. Al met al wekt het niet de indruk dat veel gemeenten het principe hanteren “Alleen taxi als iemand niet meer met de bus kan”.

Babyboomers

De afgelopen jaren was dat niet bezwaarlijk. Gemeenten konden het zich nog veroorloven om een WMO-pas te geven aan mensen die het misschien ook wel zonder zouden kunnen. Dat geeft die mensen een fijne keuzevrijheid. En als Letty het openbaar vervoer maar eng vindt, kan ze ervoor kiezen om al haar ritten met de WMO-pas te maken.

Maar hoe lang gaat dat nog goed, nu de eerste lichting babyboomers bijna de 75 jaar heeft bereikt? Nog even en er kloppen heel veel meer Letty’s aan ‘bij de WMO.’ Veel gemeenten kampen al met forse tekorten op het sociaal domein. En een cliënt die het typische budget van 1.500 kilometer WMO-vervoer verbruikt, kost de gemeente meer dan 15.000 euro per jaar.

We zitten nu op een kruispunt: we zien de tekorten opdoemen, of ze zijn net al aangebroken, maar de meeste gemeentes hebben nog reserves om te investeren in maatregelen waarmee we mensen op eigen kracht leren reizen. OV-ambassadeurs doen dat werk vrijwillig en van harte. Laten we zorgen dat elke gemeente zijn Letty’s naar zo iemand kan doorverwijzen.


Heb je een vraag over de training “OV voor WMO-consulenten”? Ik je vertel graag meer.
Wytze Schouten (trainer), w.schouten@forseti.nl of 06-2435 9005.

Terug naar overzicht
Gerelateerd

Ov-trainingen in regio Noord-Veluwe en West-Brabant

Slechts 10% van alle reizen die in Nederland gemaakt worden wordt met het openbaar vervoer gemaakt. ...

Gerelateerd

Kennis & Educatie

Onderweg met fiets of openbaar vervoer We bieden fietsvaardigheidstrainingen voor verschillende doe...

scroll